Stichting De Roestige Spijker dient aanvullend WOB-verzoek in

23-04-2013

Stichting De Roestige Spijker heeft een aanvullend verzoek om informatie ingediend, op grond van artikel 3 van de Wet Openbaarheid Bestuur (WOB) bij het Ministerie van Justitie. Dat meldt de Stichting op haar website. Het verzoek volgt op de antwoorden van 9 april jl. Stichtingsvoorzitter Robert Rubinstein refereert aan deze brief: "In uw antwoord heeft u bevestigd dat de Staat heeft besloten om de kosten die oud secretaris-generaal mr. Demmink uitgeeft aan de juridische procedure, welke hij heeft aangespannen tegen redacteuren van het Algemeen Dagblad en de uitgeverij AD Media, te vergoeden."

Naast de ontvangen documenten wil de Stichting inzage in andere stukken die inzicht kunnen verschaffen in hoe de beslissingen om Demmink's juridische kosten te vergoeden tot stand zijn gekomen.

Naast de ontvangen documenten wil de Stichting inzage in andere stukken die inzicht kunnen verschaffen in hoe de beslissingen om Demmink's juridische kosten te vergoeden tot stand zijn gekomen.

In het aanvullend verzoek vraagt de Stichting om Afschriften van alle schriftelijke besluiten, stukken, correspondentie en documenten, als ook een kopie van geluidsopnames welke betrekking hebben op de opeenvolgende besluiten die door of namens de Minister van Veiligheid en Justitie en/of door of namens de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie zijn genomen teneinde de juridische kosten van mr. Demmink te vergoeden, een en ander in de ruimste zin van het woord, waaronder in ieder geval begrepen, maar niet beperkt tot:

• afschriften van de opeenvolgende besluiten genomen op de voet van art. 69 van het Algemeen Rijksambtenarenreglement, ten faveure van mr. Demmink;
• afschriften van correspondentie en overeenkomsten met de heer Demmink inzake de vergoeding van diens juridische kosten, zowel in het kader van de procedure tegen het Algemeen Dagblad als in het kader van andere zaken;
• afschriften van facturen inzake juridische kosten die op naam zijn gezet van, c.q. geadresseerd zijn aan (enig orgaan en/of functionaris van) het Ministerie van Veiligheid en Justitie en welke betrekking hebben op de heer Demmink, althans op de jegens hem geuite verdachtmakingen van seksueel misbruik.

De brief besluit met: "De Stichting dringt er op aan dat de wettelijke termijn voor antwoord op dit aanvullende WOB-verzoek ditmaal wordt geëerbiedigd. Ik zie uw volledige antwoord dan ook graag uiterlijk binnen vier weken na dagtekening van deze brief tegemoet."

‹‹ Naar het overzicht

Reageer